Bram Tankink, the official website


kasseien

03 Maart 2012 Kasseien ‘Kasseien ‘Wat een pakje kaarten is voor een pokeraar zijn de keien voor een ‘Vlaamse klassieker’ renner’, zegt mijn kamergenoot net. Wat is de magie ervan voor een klassiekerrenner? Waarom begint een renner ineens enorm met z’n krachten te smijten als hij een stel keien ziet liggen? Het antwoord ligt ergens tussen historie, gevoel en de flow die je creeert als je een strook over dendert en geen kei meer voelt. Dat die keien op de psychische toestand van een renner werken is duidelijk, maar wat doet het lichamelijk met je? MIjn gedachten gaan terug naar mijn eerste Parijs Roubaix. Na pakweg een 230km kom ik op de laatste zware strook. Het tot verbeelding sprekende ‘carrefour de l’arbre’. Alles deed zeer, mijn handen konden het stuur niet meer vasthouden en ik voelde elke steen als een klap op mijn lichaam. Dat was niet het enige, de dagen erna was mijn urine zo donkerbruin dat ik op woensdag de dokter maar eens belde om mijn ongerustheid te tonen. Enorme schade aan het lichaam van zowel spier en ook bloedcellen was het verdict. Door de trillingen waren er massa’s cellen gesneuveld. Zodra je de kasseien opschiet vliegt je hartslag automatisch omhoog doordat het lichaam enorm moet werken om de boel een beetje gladjes te laten verlopen. Om hier ‘feeling’ mee te krijgen had ik samen met mijn trainer een training gepland op een kasseienklim bij mij in de buurt, de Maasberg. 1.30 min volle bak, en dat 10 keer. Bij de 4e keer dacht ik al dat ik het niet meer ging halen. Het directe gevolg van de keien is dat je spieren de coordinatie kwijt raken van een beweging die ze gewend zijn ontelbare keren uit te voeren. Dit is wat het juist zo verschrikkelijk zwaar maakt. Na de 10e keer kwam ik bijna kotsend boven, en de stenen trilden nog in mijn hoofd. Het lichaam was helemaal van slag. Zo erg dat ik op de terugweg ingehaald werd door een groep mannen en vrouwen van 65+. Die vroegen of ik vandaag wel moest rijden. De magie van de keien. Het zijn de grootste tegenstanders vandaag in de Omloop. een pakje kaarten is voor een pokeraar zijn de keien voor een ‘Vlaamse klassieker’ renner’, zegt mijn kamergenoot net. Wat is de magie ervan voor een klassiekerrenner? Waarom begint een renner ineens enorm met z’n krachten te smijten als hij een stel keien ziet liggen? Het antwoord ligt ergens tussen historie, gevoel en de flow die je creeert als je een strook over dendert en geen kei meer voelt. Dat die keien op de psychische toestand van een renner werken is duidelijk, maar wat doet het lichamelijk met je? MIjn gedachten gaan terug naar mijn eerste Parijs Roubaix. Na pakweg een 230km kom ik op de laatste zware strook. Het tot verbeelding sprekende ‘carrefour de l’arbre’. Alles deed zeer, mijn handen konden het stuur niet meer vasthouden en ik voelde elke steen als een klap op mijn lichaam. Dat was niet het enige, de dagen erna was mijn urine zo donkerbruin dat ik op woensdag de dokter maar eens belde om mijn ongerustheid te tonen. Enorme schade aan het lichaam van zowel spier en ook bloedcellen was het verdict. Door de trillingen waren er massa’s cellen gesneuveld. Zodra je de kasseien opschiet vliegt je hartslag automatisch omhoog doordat het lichaam enorm moet werken om de boel een beetje gladjes te laten verlopen. Om hier ‘feeling’ mee te krijgen had ik samen met mijn trainer een training gepland op een kasseienklim bij mij in de buurt, de Maasberg. 1.30 min volle bak, en dat 10 keer. Bij de 4e keer dacht ik al dat ik het niet meer ging halen. Het directe gevolg van de keien is dat je spieren de coordinatie kwijt raken van een beweging die ze gewend zijn ontelbare keren uit te voeren. Dit is wat het juist zo verschrikkelijk zwaar maakt. Na de 10e keer kwam ik bijna kotsend boven, en de stenen trilden nog in mijn hoofd. Het lichaam was helemaal van slag. Zo erg dat ik op de terugweg ingehaald werd door een groep mannen en vrouwen van 65+. Die vroegen of ik vandaag wel moest rijden. De magie van de keien. Het zijn de grootste tegenstanders vandaag in de Omloop.