14 April 2006
Nog twee dagen, en dan is het zover, de Amstel Gold Race. De wedstrijd waar het voor mij moet gaan gebeuren. Hier heb ik een heel voor seizoen naar toe proberen te werken. En ik mag niet klagen. Velen hebben me nog niet gezien, maar ik heb op de achtergrond hard gewerkt en ben weer een stukje sterker geworden. Baskenland was een supervoorbereiding ondanks dat het heel zwaar was. Ik reed daar goed, maar kon me nog niet met de besten meten. Maar Amstel Gold Race is een andere wedstrijd. Het is een thuiskoers en dat is Baskenland voor de Spanjaarden, dus dat voordeel zijn zij kwijt. Daarom liggen mijn eigen verwachtingen best hoog en ik hoop dan ook een grote rol te kunnen spelen. Natuurlijk weet ik dat mijn winkansen heel erg klein zijn, maar je weet nooit hoe een koe een haas vangt, en aangezien dat mijn levensmotto is ga ik er met een goed gevoel naartoe.
Vanochtend heb ik samen met Karsten de laatste training afgewerkt achter de brommer bij Nico. Nico is degene die altijd voor de wielrenners klaar staat hier in Lanaken en vele uren met zijn brommer door de streek rijdt om ons een goede training te bezorgen. Af en toe gaat dat duimpje omhoog als hij denkt dat het goed gaat en verder concentreert hij zich op de weg. Hij is er niet te beroerd voor om 3 keer per dag op de brommer te gaan zitten in drukke tijden en aangezien zijn rennersbestand steeds groter wordt is het dringen geblazen achter zijn brommer. Vanochtend belde hij me dat hij eerst 2 uur met Karsten ging en daarna kon ik 2 uur achter de brommer. Al snel voel ik me dan een klein beetje schuldig omdat hij dan weer de hele dag op die brommer zit, dus ik stelde voor om samen met Karsten achter de brommer te gaan.
Karsten was bij zijn ‘17e eeuwse’ pand, 100m bij mij vandaan en daar zouden wij vertrekken. Nu vind ik oude huizen geweldig, maar niet als ze sinds de 17e eeuw niet meer onderhouden zijn. Inmiddels zijn ze daar begonnen met opruimen, en ik vond Karsten terug op de zolder. Tot mijn grote verbazing was deze leeg. Ze waren inmiddels de tweede container al aan het volpakken, met allerlei ‘antiek’, die ze in eerste instantie volgens Karsten gratis kwamen ophalen van de kringloop winkel. Ik had hier al enige twijfels bij en toen ik aan de man die met de spullen sleepte vroeg of hij van de kringloop winkel was moest deze lachen. ‘Oh, dan bent u vast degene die straks gaat beginnen dit huis van de top af af te breken en dan terug op te bouwen, waarop hij weer moest lachen, want hij begreep me denk ik wel. Ik heb wel even gevraagd of ze die oude houten balken in kleine stukjes willen zagen. Doen het altijd goed in de openhaard. Nu heb ik de volste vertrouwen in Karsten en ik denk dat hij er vast iets heel moois van gaat maken.
Net als in de Amstel, want na vorig jaar is Karsten helemaal gebrand op de Amstel. En daarom wilde ik vandaag best even met hem meefietsen achter de brommer. Kijken hoe zijn vorm is. En die is goed. Toen we na anderhalf uur brommeren in de buurt van Gulpen waren stelde ik voor om even de Cauberg te doen. Gewoon voor het gevoel. Op weg daar naartoe vertelde Karsten trots dat hij die afgelopen woensdag met ‘buut’nblad’ omhoog was gefietst. Dat moest mij ook lukken, dus toen we er eenmaal aan begonnen waren trapte ik lekker omhoog. Al snel Nico gelost en ook Karsten. Bovenop een sprintje naar de finish. Yess, het gevoel is goed. Toen Nico bovenkwam zei hij ‘Ik dacht dat je al gedoucht zou zijn’, en het duimpje ging weer omhoog. Later vertelde Karsten me dat het niet goed was voor zijn moraal dat ik zo omhoog reed. Dan vraag ik me af hoe het zit met de mannen van Rabobank, want afgelopen woensdag ben ik samen met Addy en Kevin de Weert mee gegaan op training en toen ik samen met Erik Dekker op kop de Keutenberg op reed was ik ze allemaal kwijt halverwege.
Nu ik dit zo typ gaan mensen die dit lezen misschien veel verwachten. Ik ben goed in vorm en de benen voelen goed, maar ik kan natuurlijk niet voelen hoe die anderen zich voelen en training is geen Amstel Gold Race. Dus ik hang daar niet teveel aan op. Het is goed voor mijn gevoel en voor de rest zie ik het wel. Ik weet dat ik op de juiste manier getraind heb en mijn voorbereiding was eindelijk eens een keer perfect. Toch heb ik deze week nog even een moeilijk moment gehad. Mijn vroegere fietsmaatje en allerbeste vriendje is gestorven van de week. Ik ben met hem begonnen met fietsen. Ik heb er een column over geschreven in de Tubantia en die zal na publicatie hier ook verschijnen dus ik daarom zal ik er nu niet teveel over zeggen.
Ik hoop op een finale zoals vorig jaar, een klein groepje voorop, en ik in plaats van Marc. Karsten en ik hebben het er al uitgebreid over gehad. En reken maar dat dan de sterkste van dat groepje aan de haal gaat met de overwinning. Maar goed, het zal moeilijk worden en dit jaar verwacht ik wel een super Bettini binnen mijn ploeg, dus het is even afwachten wat mijn rol gaat worden.
Voor het eerst in jaren ben ik weer echt nerveus voor een koers.
Ik heb ook geen excuses meer, laat ‘de Amstel’ maar komen.
Groetjes Bram