Trainen
Inmiddels ben ik al zo’n 7 jaar prof. De eerste twee jaar vond ik alles mooi en prachtig en trainde ik vooral weinig. Ik had toen als stelregel dat ik voor elke koersdag 1 dag mocht rusten. Dus na een etappe koers van 5 dagen raakte ik met een gerust hart mijn fiets 5 dagen niet aan. Wijsheid komt met de jaren en langzaam ben ik in gaan zien dat trainen wel degelijk iets met je doet. En dankzij die wijsheid train ik nu een stuk meer. Was eerder voor mij een training van 4 uur een monsterrit en grote opgave, nu trap ik de 5 uur zonder probleem en tegenzin vol. Wat training betreft zit ik al jaren in een opwaartse spiraal. Mijn trainingsuren zijn in 7 jaar bijna verdubbeld.
De opbrengst is duidelijk. Was ik in het begin blij dat ik kon volgen in de koers en er een aantal renners voor mij gelost werden, nu kan ik overal goed mee doen en dat maakt koersen zelf ook weer interessanter. Duidelijker omschrijven dan Jens dat deed tijdens zijn jaarlijkse overwinning in Criterium International kan ik niet. In de bewuste ochtendrit die hij meestal wint was hij met twee fransmannen weg. En riep ‘Deux vitesse, deux vitesse? You have to train pussies!’ Vervolgens loste hij ze en reed solo naar de overwinning.
De stelling dat trainen voor ongetalenteerde renners is heb ik al lang laten varen. Zo heb ik voor de komende tour bedacht dat het goed is om op hoogte te trainen in combinatie met blokken training en duur ritten. Op hoogte trainen gaat moeilijk in België, maar gelukkig hebben ze daar apparaten voor. Dus daar zit ik dan op een woensdag op mijn terras met een masker op, op 3000m hoogte, op de roller. Roos kroop voor me rond en af en toe keek ze heel onbegrijpend op, met een blik in de ogen van, wie is dat, wat doet hij. En aanschouwde het tafereel, ondertussen steentjes tussen mijn spaken doorgooiend. De tuinman van het park kwam langs en vroeg zich ook al af waar ik mee bezig was. Een wielrenner met een masker op, op het terras bij een lekker zonnetje, het moet niet gekker worden. Zelf zou ik 2 jaar terug zoiets ook gedacht hebben. Nu voel ik me er goed bij.
Een dag later na 4 uur getraind te hebben in de miezer regen kwam ik, na Karsten Kroon al achter me gelaten te hebben, Pieter Weening tegen. Die viel bijna van de fiets van verbazing. Het duurde even voordat hij me herkend had. In de regen fietsen doe ik in principe nooit, maar gisteren kwam ik erachter dat dat best mee valt bij een goede temperatuur. Voigt rijdt iedereen in een etappe in de Ronde van Italië er gewoon af. Met 80 kilo wordt hij 11e op de plan de Corones. ‘You have to train Pussy!’, raast door mijn hoofd.